Roken naar GGD-regio

Volgens de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024 rookt 20,8% van de jongvolwassenen minimaal één keer per week tabak. Per GGD Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst )-regio varieert het percentage van 15,5 tot 27,1%. Meer gegevens over dit onderwerp zijn te vinden door op de GGD-kaart te klikken.



Vapen naar GGD-regio

Volgens de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024 vapet 7,1% van de jongvolwassenen minimaal één keer per week. Per GGD Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst )-regio varieert het percentage van 4,8 tot 10,7%. Meer gegevens over dit onderwerp zijn te vinden door op de GGD-kaart te klikken.


GGD-regio's


Gemeenten


Roken en/of vapen naar GGD-regio

Volgens de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024 geeft 24,3% van de jongvolwassenen aan minimaal één keer per week tabak te roken en/of te vapen. Per GGD Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst )-regio varieert het percentage van 20,1 tot 28,7%. Meer gegevens over dit onderwerp zijn te vinden door op de GGD-kaart te klikken.

Roken en/of vapen naar gemeenten

Per gemeente varieert het percentage jongvolwassenen dat minimaal één keer per week tabak rookt en/of vapet van 11,5 tot 37,7%. Meer gegevens over dit onderwerp zijn te vinden door op de gemeentekaart te klikken.


Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024

De vragenlijst van de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024 was in te vullen via een open link en respondenten zijn geworven via een online sociale media campagne. De cijfers die hier worden gepresenteerd zijn gestandaardiseerd naar GGD Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke of Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst )-regio/gemeente, leeftijd en gender, zodat de respondenten een betere afspiegeling vormen van de bevolking op deze kenmerken. Het is met standaardisatie niet mogelijk om te corrigeren voor aspecten die je niet meet of waar geen populatiecijfers voor beschikbaar zijn. Het is door de wervingsmethode bijvoorbeeld mogelijk dat respondenten met een ongunstigere (mentale) gezondheid relatief vaker aan het onderzoek deelnamen.

  • R. Boekee (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • M. van Koperen (RIVM)
  • C.M. Deuning, red. (RIVM)
  • H. Giesbers, red. (RIVM)