Cijfers over ADHD bij jongeren

Binnen het onderwerp ADHD Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit) (Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit)) op VZinfo worden cijfers uit verschillende bronnen gepresenteerd. Deze bronnen maken gebruik van verschillende meetinstrumenten, wat veel invloed heeft op prevalentiecijfers van ADHD. Op deze pagina over jongeren wordt gebruik gemaakt van cijfers uit het HBSC Health Behaviour in School-aged Children (Health Behaviour in School-aged Children)-onderzoek. In dit onderzoek vulden jongeren een vragenlijst in over onder andere symptomen verwant aan aandachtsstoornissen zoals een gebrek aan concentratie, rusteloosheid en impulsiviteit. Deze vraagstelling leidt tot relatief hoge prevalentiecijfers. Voor meer informatie, zie definities.


Hyperactiviteit/aandachtsproblemen bij ruim één op drie middelbare scholieren

Van de scholieren in groep 7 en 8 van de basisschool rapporteert 28% ADHD Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit) (Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit))-achtige symptomen zoals hyperactiviteit of aandachtsproblemen. Er zijn geen verschillen tussen jongens en meisjes. Van de scholieren in het voortgezet onderwijs (12-16 jaar) is het totale percentage hoger: 37% van de scholieren rapporteert hyperactiviteit of aandachtsproblemen. Meisjes in het voortgezet onderwijs ervaren vaker hyperactiviteit of aandachtsproblemen dan jongens 42% versus 32%) .
Hyperactiviteit of aandachtsproblemen wordt gemeten met een vragenlijst en omvat symptomen verwant aan aandachtsstoornissen zoals een gebrek aan concentratie, rusteloosheid en impulsiviteit. Dit is dus geen klinische diagnose. De gebruikte methode om ADHD te schatten bepaalt de uitkomsten, de cijfers kunnen overschattingen zijn van de werkelijke prevalentiecijfers. Zie de definities voor meer informatie.

Minder hyperactiviteit/aandachtsproblemen op het vwo

Het voorkomen van ADHD-achtige symptomen hangt ook samen met schooltype; leerlingen op het vwo Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (Voorbereidend wetenschappelijk onderwijs) geven aan minder vaak hyperactiviteit of aandachtsproblemen te ervaren dan leerlingen op het vmbo Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (Voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs) of de havo Hoger algemeen voortgezet onderwijs (Hoger algemeen voortgezet onderwijs) (Rombouts et al. 2023 Rombouts, Morren, Dorsselaer, S., Tuithof, M., Monshouwer, K, Peilstationsonderzoek Scholieren 2023, Utrecht (2023) (Rombouts, Morren, Dorsselaer, S., Tuithof, M., Monshouwer, K, Peilstationsonderzoek Scholieren 2023, Utrecht (2023)) ).


Trend hyperactiviteit/aandachtsproblemen bij scholieren 2005-2023

Sla de grafiek Trend hyperactiviteit/aandachtsproblemen bij scholieren 2017-2023 over en ga naar de datatabel

Bron: Peilstationsonderzoek Scholieren/Leefstijlmonitor, Trimbos-instituut i.s.m. RIVM, 2019 en 2023; HBSC-Nederland/Leefstijlmonitor, UU, Trimbos-instituut en SCP i.s.m. RIVM, 2017 en 2021

  • HBSC Health Behaviour in School-aged Children (Health Behaviour in School-aged Children) (Health Behaviour in School-aged Children)-studie is uitgevoerd in het najaar van 2021. Corona en de coronamaatregelen hebben mogelijk de mentale gezondheid van jongeren beïnvloed.
  • Achterliggende cijfers: ScholierenMonitor

Prevalentie hyperactiviteit/aandachtsproblemen gestegen

Bij 12-16 jarigen in het voortgezet onderwijs is tussen 2017 en 2021 een duidelijke stijging te zien in ADHD Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit) (Attention Deficit Hyperactivity Disorder (Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit))-achtige symptomen zoals hyperactiviteit of aandachtsproblemen, zowel bij jongens als bij meisjes.  De gegevens zijn verkregen van leerlingen zelf; zij hebben klassikaal een vragenlijst ingevuld over emoties en gedrag. Deze cijfers zijn dus niet gebaseerd op vastgestelde ADHD-diagnosen.


  • C. Hendriks, red. (RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu))
  • E.M. Zantinge, red. (RIVM)